In de parallelgroep:
Mijn collega Teuni Gerritsen in groep 3/4 vertelt over haar praktijk. Op onze school kiezen we met de groepen 3 en 4 altijd hetzelfde thema, zodat we samen kunnen brainstormen, overleggen en met elkaar kunnen meedenken:
Pluk zoekt een huisje, maar woon jij eigenlijk? De kinderen namen een foto mee van hun huis en hun kamer of lievelingsplek. Er kwamen allerlei huizen ter sprake. Een rijtjeshuis, vrijstaand huis, flat, twee onder een kap. We zijn deze week dieper ingegaan op de flat.
Pluk woont in de Petteflet. En het torenkamertje wordt de speelhoek. Wat weten we van een flat? Nou dat viel tegen, eigenlijk niet zoveel. Daar werden ze nieuwsgierig van.
Groep 4 is deze week expert geworden van... de flat.
Ze hebben eerst in tweetallen gepraat over wat ze weten van een flat. Daarna een woordveld gemaakt. In tweetallen hebben ze daarna de bladzijde van de flat uit het kijkdoosboek waar wonen mensen bekeken en daarna de tekst gelezen en geel gemaakt wat nieuw was en van welke woorden ze de betekenis niet wisten. ( galerij, balkon, verdieping)
Die hebben we besproken en aangevuld op het woordveld.
De volgende dag hebben ze woorden gekozen uit het woordveld en daar zinnen van gemaakt zodat er een eigen tekst over de flat ontstond. Daarna de zinnen getypt op de computer. Groep 3 heeft ook de plaat bekeken uit dat kijkdoosboek maar met de eenvoudige tekst erop.
Dezelfde volgorde als groep 4 alleen bij de tekst gekeken welke letters ze al kennen in tweetallen en die geel gemaakt. Daarna kijken of je doordat je al zoveel letters hebt geel gemaakt je ook de woorden kunt lezen. Die onderstrepen met potlood in tweetallen.
Er bleken al kinderen te zijn die het hele verhaaltje konden lezen, met de anderen heb ik het voorgelezen en samen gelezen. ( koor)
Vanmorgen zijn we bij een echte flat gaan kijken en hebben alles wat we geleerd hebben bekeken. Wat opviel was dat bij de ene flat een bordje te koop hing en bij de andere te huur. Dat riep de vraag op: wat is het verschil? Daar hebben we in de klas over door gepraat.
Grappig was ook dat een van de kinderen riep: “hier woont de koning.”
Waarop een ander weer zei: “ nee, joh dat is een naambord.”
En bij de flat bleken er ook buiten trappen te zijn en niet alleen in het trappenhuis.
De kinderen waren erg betrokken en bij terugkomst kwamen we erachter dat we nog weer nieuwe dingen gezien en geleerd hadden.
Mijn collega Teuni Gerritsen in groep 3/4 vertelt over haar praktijk. Op onze school kiezen we met de groepen 3 en 4 altijd hetzelfde thema, zodat we samen kunnen brainstormen, overleggen en met elkaar kunnen meedenken:
Pluk zoekt een huisje, maar woon jij eigenlijk? De kinderen namen een foto mee van hun huis en hun kamer of lievelingsplek. Er kwamen allerlei huizen ter sprake. Een rijtjeshuis, vrijstaand huis, flat, twee onder een kap. We zijn deze week dieper ingegaan op de flat.
Pluk woont in de Petteflet. En het torenkamertje wordt de speelhoek. Wat weten we van een flat? Nou dat viel tegen, eigenlijk niet zoveel. Daar werden ze nieuwsgierig van.
Groep 4 is deze week expert geworden van... de flat.
Ze hebben eerst in tweetallen gepraat over wat ze weten van een flat. Daarna een woordveld gemaakt. In tweetallen hebben ze daarna de bladzijde van de flat uit het kijkdoosboek waar wonen mensen bekeken en daarna de tekst gelezen en geel gemaakt wat nieuw was en van welke woorden ze de betekenis niet wisten. ( galerij, balkon, verdieping)
Die hebben we besproken en aangevuld op het woordveld.
De volgende dag hebben ze woorden gekozen uit het woordveld en daar zinnen van gemaakt zodat er een eigen tekst over de flat ontstond. Daarna de zinnen getypt op de computer. Groep 3 heeft ook de plaat bekeken uit dat kijkdoosboek maar met de eenvoudige tekst erop.
Dezelfde volgorde als groep 4 alleen bij de tekst gekeken welke letters ze al kennen in tweetallen en die geel gemaakt. Daarna kijken of je doordat je al zoveel letters hebt geel gemaakt je ook de woorden kunt lezen. Die onderstrepen met potlood in tweetallen.
Er bleken al kinderen te zijn die het hele verhaaltje konden lezen, met de anderen heb ik het voorgelezen en samen gelezen. ( koor)
Vanmorgen zijn we bij een echte flat gaan kijken en hebben alles wat we geleerd hebben bekeken. Wat opviel was dat bij de ene flat een bordje te koop hing en bij de andere te huur. Dat riep de vraag op: wat is het verschil? Daar hebben we in de klas over door gepraat.
Grappig was ook dat een van de kinderen riep: “hier woont de koning.”
Waarop een ander weer zei: “ nee, joh dat is een naambord.”
En bij de flat bleken er ook buiten trappen te zijn en niet alleen in het trappenhuis.
De kinderen waren erg betrokken en bij terugkomst kwamen we erachter dat we nog weer nieuwe dingen gezien en geleerd hadden.
Reacties
Een reactie posten